De Molens van de Kouterbaan

Gedeelde notitie

De Molens van de Kouterbaan

De Kouterbaan blijkt steeds een goede plaats geweest te zijn voor het optrekken van windmolens. Van 5 molens die sinds midden 18e eeuw achtereenvolgens op de Kouterbaan stonden, zijn ons enige gegevens gekend. De oudste hiervan was de houten graandmolen van Philip Van Elsen, gebouwd ca. 1745- 1750. Hij stond op perceel A 73 (rechts van de baan komende van Droeshout, een kleine 100 m v¾¾r de nog bestaande molen, op het nu bewerkt land tegen de weide). De kadastergegevens van 1834 vermeldenrus Sterckx, molenaar te Mazenzele als eigenaar (dezelfde als deze van molen 2 en 3). In 1836 (kadastergegevens Vander Maelen) was hij eigendom van een zekere Arnoldus Berghmans (Brussel). In 1839 wordt bij gekocht door Franciscus Michiels-Abbeloolandbouwer te Mazenzele. Op het kadasterplan Popp (ca. 1860) staat het perceel, toen eigendom van de kinderen J-F Michiels, aangeduid als ,,molenplaets''. Was hij toen nog in dienst? In 1866 werd hij verkocht aan J.F. Wijnants-Ringoot, landbouwerOpwijk. Kort nadien moet hij verdwenen zijn. De tweede was deze van Petrus Stercks, opgetrokken in 1812 en door een onweder vernield in 1814. De derde, eveneens door P. Stercks opgericht in 1816 werd in 1819 afgebroken en verkocht. De vierde werdouwd in 1821 en brandde uit in 1827. In 1825 was er een zekere Munck of De Munck eigenaar van. De vijfde en nu nog gedeeltelijk bestaande molen in de Kouterbaan -een stenen graanwindmolen van het type grondzeiler- werd gebouwd in 1848-'49 - zie hionder.

Van Straetensmolen

De stenen ,,molen van 't Dorp'' of ,,Van Straetensmolen'', in de Kouterbaan, is vermoedelijk de vijfde die sinds midden 18e eeuw in de Mazelkouter gebouwd werd. De Koutermolen was oorspronkelijk een stenen graanwindmolen, van het type grondzeiler.e (verlaagde) romp en een aantal bijgebouwen bestaan nu nog.

De molen werd gebouwd ca. 1850 door Joannes Antonius De Smedt ( Asse 1774, Mazenzele 6-8-1855, echtg. Joanna Van Langenhove). In 1858 werd hij overgenomen door de zoon Petrus Bernardus De Smedt ( 16-4-1819, echtg. Paulina Eeckhout). De weduwe J.Ae Smedt-Van Langenhove behield het vruchtgebruik. Ca. 1862 werd een stoommachine geplaatst (terug verwijderd in 1899). In 1884 werd de molen toegewezen aan de oudste dochter van P.B De Smedt, (Maria Joanna) Leonia ( 30-10-1857), die op 5-11-1884 twde met Jozef Buggenhout van Asse-ter-Heide ( 1-6-1856). Na de dood van J. Buggenhout op 22-3-1886 huwde de weduwe op 30-10-1889 met Prosper Menschaert uit Liedekerke ( 14-5-1859) die in 1898 een nieuw stoommachine bouwde. Hij vertrok later met zibeide zonen naar HastiÞre-Lavaux (nabij Dinant), waar hij een watermolen uitbaatte. De enige dochter van Jozef Buggenhout-De Smedt, Helena Joanna ( 23-5-1885) huwde op 23-12-1904 met Jan-Frans (Sooiken) Verdoodt uit Opwijk ( 30-8-1882). Deze liet1910 de kap van de molen wegnemen en verkocht de wieken die nog vernieuwd waren in 1906 (nochtans, bij de verkoop van de molen in 1914 spreekt men nog van een wind- en stoommolen). Op Witte Donderdag 4 april van 1912 brandde de molen bijna totaal. In 1913 werd de stoomaandrijving vernieuwd. Door verkoop in jan. 1914 kwam hij aan Camiel-Hendrik Permentier uit Moorsel ( 21-8-1885) die in Mazenzele in het huwelijk trad met Maria-ThÚresia De Meersman. In 1916-'17 werd de gaanderij gesloopt, domp met een 3-tal meter ingekort en werden de machines vernieuwd. De drie bijgebouwen, waaiervormig gebouwd rond een deel van de nog bestaande verlaagde molenromp, dateren uit 1918. Permentier verkocht op zijn beurt de molen in 1917 aan Mazelaar Jnes Fernand Van der Straeten (28-9-1856, echtg. Brigitte Maria Van Nieuwenborgh). Hij kwam daarna door overerving aan diens zoon Frans Van der Straeten ( 18-3-1889, echt. Catharina Josephina Verhaevert) en vervolgens aan diens zoon en huidige eiger Emiel Van der Straeten (echtg. Amanda Van der Stappen) die tot 1987 nog regelmatig maalde.

De molenromp van de voormalige windmolen, met electro-mechanischa maalderij, met inbegrip van de volledige maalinrichting met toebehoren en van de bijgebouwen, werd als monument beschermd, wegens zijn historische en industrieel-archeologische waar, met het ministerieel besluit van 4 februari 1999 (B.S. 11-3-1999). Het besluit beschrijft de historische en de industrieel-archeologische waarde als volgt:

omwille van het algemeen gevormd door de historische en industrieel-archeologische waarde als voorbeeld van een windmolen die na een veel voorkomend ongeval (brand) dat daarenboven gebeurde in een periode dat waarin de windmolens aan economisch beg inboetten, in 1912 werd gemechaniseerd, m.a.w. werd voorzien van een motor en van efficiÙntere maal- en transporttoestellen, waarbij de machinekamer werd ondergebracht in een nieuw op waaiervormig grondplan opgericht bijgebouw dat ook extra opsllaats verschafte; als voorbeeld van een voormalige windmolen ca. 1850 werd opgetrokken op een kouter waar voorheen reeds 4 windmolens werden opgericht wat ongetwijfeld verband houdt met de goede windvang ter plaatse.

Uniek identificatienummer
A351198186C543EE95B5172A76B0018B747701
Voornamen Achternaam Sosa Geboorte Plaats Overlijden Leeftijd Plaats Laatste wijziging
135 4 70 64 donderdag 16 augustus 2007 05:28
Voornamen Achternaam Leeftijd Voornamen Achternaam Leeftijd Huwelijk Plaats Laatste wijziging
Mediaobjecten
Media Titel Personen Gezinnen Bronnen Laatste wijziging
Bronnen
Titel Afkorting Auteur Publicatie Personen Gezinnen Mediaobjecten Gedeelde notities Laatste wijziging
Opslagplaatsen
Naam van Opslagplaats Bronnen Laatste wijziging
Indieners
Naam van indiener Personen Gezinnen Laatste wijziging